kenniscentrum | blogs | antropomorfisme of ontkenning?
Antropomorfisme of ontkenning?
Het toeschrijven aan dieren van eigenschappen, ideeën en emoties aan dieren die wij als mensen kennen noemen we antropomorfisme. Op wikipedia vinden we de volgende definitie:
Antropomorfisme betekent 'van menselijke gedaante'. Het is een samenstelling van de Griekse woorden voor 'mens' (ἄνϑρωπος /ánthrōpos) en 'gedaante' (μορφή /morphē).
In wetenschap en filosofie wordt de term gebruikt wanneer “menselijke” eigenschappen en waardeoordelen worden toegeschreven aan niet-menselijke wezens (dieren, planten, goden) of dingen.
Is het toeschrijven van die “menselijke” eigenschappen dan zo onterecht of ongewenst? En blijkbaar wordt er hierbij van uitgegaan dat mensen dus geen dieren zijn. Waar komt deze loskoppeling van de mens, die ook gewoon een zoogdier is, vandaan?
Antropocentrisme
Het idee dat de mens de norm is en dat de waarde van al het andere wordt afgemeten aan het nut dat het de mens dient of de verhouding waarin het tot de mens staat, heet antropocentrisme. (wikipedia.)
De Franse filosoof René Descartes had begin zeventiende eeuw een duidelijke visie op dieren. Het kwam erop neer dat dieren niet meer waren dan levende machines en, in tegenstelling tot mensen, geen ziel hadden gekregen van God. Volgens hem was het de (menselijke) ziel die denkt en voelt. Dieren zouden levende machines zijn zonder ziel of gevoelens.
In de christelijke wijsbegeerte neemt men wel aan dat dieren een soort ziel hebben – waardoor ze kunnen waarnemen, voelen en bewegen – maar men gaat ervan uit dat de mens naar de gelijkenis van God is gemaakt en heerschappij heeft over de vissen, het gevogelte en het vee.
Onderscheid maken tussen mensen en dieren is een handige oplossing om zonder schuldgevoel te kunnen leven met hoe we met dieren omgaan
Onderscheid maken tussen mensen en dieren is een – blijkbaar noodzakelijke – functionele oplossing die ons geweten weet te sussen.
In het zonder schuldgevoel kunnen leven met hoe we met proefdieren, landbouwhuisdieren, maar ook onze paarden en huisdieren omgaan is het een geruststellende gedachte dat het van hogerhand de bedoeling was dat wij heersen over dieren en dat ze geen of minder pijn of ellende voelen dan wij.
Kritisch antropomorfisme
In de wetenschap was antropomorfisme tot ver in de twintigste eeuw uit den boze. Primatologe Jane Goodall was een van de eerste onderzoekers die dat taboe in de jaren zestig van de vorige eeuw doorbrak. Ze gaf de door haar bestudeerde chimpansees namen en deinsde er niet voor terug om ze gevoelens toe te schrijven.
Bioloog en primatoloog Frans de Waal ontdekte onder andere dat chimpansees zich na een ruzie weer konden verzoenen en kreeg toen het verwijt antropomorfistisch bezig te zijn. Hij bepleit kritisch antropomorfisme.
Laten we eens wat kritischer naar antropomorfisme kijken.
Denken dat je paard net zo gelukkig is in zijn box als jij in je knusse caravan, of dat die nieuwe winterdeken net zo fijn is als jouw nieuwe fleecetrui is antropomorfe projectie.
Een box biedt weinig contact, beweging en ruimte die een kudde-, vlucht- en prooidier nodig heeft. En dekens werken het thermoregulerend en zelfdrogend vermogen van de paardenvacht eigenlijk alleen maar tegen. Paarden leven al miljoenen jaren op aarde en pas de laatste 5000 à 6000 jaar daarvan zijn ze gedomesticeerd. Al die miljoenen jaren daarvoor hebben ze zich prima gered zonder onze bemoeienis en hulpmiddelen.
Met je goede bedoelingen projecteer je in beide gevallen dus vooral je eigen behoefte – aan een veilig en warm hol en bedekking voor je kale velletje – op het paard. Dat is antropomorfisme.
Dieren kennen net als wij gevoelens en emoties als pijn, verdriet, rouw, blijdschap, humor en empathie
Maar iedereen die met dieren samenleeft en -werkt en enig empathisch vermogen heeft zal gevoelens en emoties als pijn, verdriet, rouw, maar ook blijdschap, humor en zelfs empathie bij dieren (h)erkennen.
Is dat ook antropomorfisme?
Of is het ontkennen van dit vermogen van dieren eerder gewoon een handige oplossing om het geweten te sussen.
Antroponegatie
Voor het ontkennen van bewustzijn bij dieren – gevoelens, emoties en empathie – bedacht Frans de Waal de term antroponegatie (anthropodenial): het op voorhand afwijzen van menselijke trekjes bij dieren of dierlijke trekjes bij mensen. Hij noemt de koppigheid waarmee aan de mens het monopolie op bepaalde emoties wordt toegekend, antropocentrische ontkenning.
Lees er meer over in zijn boek: Zijn we slim genoeg om te weten hoe slim dieren zijn?
Dierpsycholoog Donald Griffin heeft het begrip 'bewustzijnsfobie' bedacht. Hiermee bedoelt hij de obsessie van vooral wetenschappers om iedere vorm van bewustzijn bij dieren te ontkennen.
Coaching of therapie met paarden en antropomorfisme
Voor de meeste coaches die met paarden samenwerken, is het vanzelfsprekend dat een paard gevoelens en emoties heeft. De aard van ons werk, waarbij we op gelijkwaardige basis met ze samenwerken en waarbij ze zich vrij mogen uiten, maakt dat we op een heel andere manier naar paarden kijken dan in de meeste andere paarden(sport)disciplines.
De projectie van de cliënt vertelt zoveel over zijn onbewuste belevingswereld
Daarnaast maken we in sessies vaak juist gebruik van antropomorfe projectie. We werken dan met wat een cliënt ziet in wat het paard doet, wat hij of zij denkt dat het paard denkt of bedoelt, en met de eigenschappen, emoties en gevoelens die aan het paard worden toegeschreven.
Of die toeschrijvingen door de cliënt kloppen? Wellicht niet. Of wel. Maar dat maakt helemaal niet uit. Die projectie en interpretatie van de cliënt is juist zo interessant. Die vertelt zoveel over de onbewuste belevingswereld van de cliënt.
Wanneer dat door de coach of therapeut op een open en oordeelloze manier wordt teruggegeven, kan dat tot zelfreflectie en diepgaande bewustwording bij de cliënt leiden.